Opgroeien met Van Iperen

Jan van Vugt: “Vertrouwen was en is het belangrijkst”

24 februari 2021

Jan van Vugt wordt geboren in Oude-Tonge, maar hij brengt zijn jonge jaren door in het noorden. Zijn vader is op dat moment boer in Groningen. De akkerbouw zit er dus al vroeg in bij Jan. Het lijkt logisch dat hij het bedrijf van zijn vader overneemt, maar dat ziet hij niet zitten. Als Jan 12 jaar is, verhuist het gezin naar Melissant waar Jan nog steeds woont. Inmiddels is hij ruim 40 jaar adviseur akkerbouw.

“Ik begon mijn carrière als bezorger van gewasbeschermingsmiddelen bij Van der Wal. Dat was de leverancier van mijn vader. Ik deed op woensdag examen en op maandag ging ik aan de slag.” Daar leerde Jan het vak. “Ik liep mee en luisterde vooral goed.” Na een fusie ontstond Mol Agrocom. Dat bedrijf fuseerde weer met Van Iperen. “Eigenlijk werk ik nog steeds bij mijn eerste werkgever.”

 

Echte werk

Jan constateert dat het werk tegenwoordig professioneler is. “Vroeger was het normaal dat je in rustigere perioden allerlei klusjes op het bedrijf deed. Ik moest wel eens de schuur opruimen of een paardenstal verbouwen. Dat kun je je nu niet meer voorstellen.” Nu richt Jan zich op wat hij het echte werk noemt: de klant adviseren over de teelt. “Mijn belangrijkste taak is samen met de klant het gewas optimaal te laten groeien en een zo hoog mogelijk rendement behalen.”

 

Groeien

Ook op het gebied van communicatie en automatisering veranderde er de afgelopen 40 jaar heel veel. “In het verleden had je vaker persoonlijk contact. Nu gebruik je vaak WhatsApp of e-mail.” Jan bekent dat hij met de digitale ontwikkelingen niet voorop loopt. “Door het gewoon te doen, leer je nieuwe dingen het snelst, soms met vallen en opstaan.” Automatisering nam in de akkerbouw de laatste jaren een vlucht. “Vroeger gebeurde veel met de hand. Door de ontwikkelingen op het gebied van techniek verloopt nu veel automatisch. Een mooi voorbeeld daarvan is precisielandbouw.”

 

Investeren

Jan denkt dat vertrouwen van de klant het belangrijkst is. “Dat was vroeger zo en dat is nog steeds het geval. De grootte van bedrijven neemt toe. Daardoor heeft de teler minder tijd om met je mee te gaan kijken op de percelen. Hij legt de zorg voor z’n gewas en daarmee de opbrengst dus deels in de handen van iemand anders. Diegene moet hij kunnen vertrouwen. Voor zo’n belangrijke relatie moet je goed zorgen. Daar blijf ik in investeren.”