09 juni 2022

Kwaliteitsverbetering fruit met behulp van meststoffenrekenprogramma

"Daarmee kun je rekenen op een flinke kwaliteitsverbetering van je fruit"

Fertigatie is geen onbekend verschijnsel meer in de fruitteelt. Met name drie opeenvolgende droge jaren (2018 – 2020) hebben voor een omslag gezorgd. De meeste fruittelers hebben tegenwoordig bij iedere boom wel een slang liggen.

Wat in veel gevallen niet veranderd lijkt, is de vraag wat een boom nu precies nodig heeft. “Het is opvallend dat daar vaak helemaal  niet naar gekeken wordt. Het lijkt alsof telers soms denken: ‘We geven wat mee en dan zal het wel goed zijn’. Terwijl voldoende later en de juiste meststoffen bepalend zijn voor de opbrengst en de kwaliteit van de vruchten.” Fruitteeltspecialisten Martin Tolhoek en Frank Eerland van Van Iperen vertellen over het onlangs geïntroduceerde meststoffenrekenprogramma voor de fruitteelt.

Watervoorziening
Martin: “Alles staat of valt natuurlijk met de beschikbaarheid van v voldoende water. In bepaalde gebieden in Zeeland is dat echt een probleem. Telers zullen daar oplossingen voor moeten bedenken, want zonder water kan het niet. Je ziet nu dat er bassins aangelegd worden en waar mogelijk water ondergronds wordt opgeslagen. We moeten er steeds meer naartoe om het overtollige water in de winter op te vangen in plaats van af te voeren, zodat we dat in de zomer kunnen gebruiken voor irrigatie of fertigatie.”

Kwaliteit beoordelen
Frank: “Zodra er voldoende water beschikbaar is, moet allereerst de kwaliteit en de samenstelling van het water beoordeeld worden. Landbouwwater is over het algemeen van hoge kwaliteit, maar bij oppervlakte- en bronwater kom je veel variatie tegen.” Martin: “Hoe staat het bijvoorbeeld met de ECwaarde? En wat is de minerale samenstelling van het water? Voeding die van nature in het water al aanwezig is, hoef je tenslotte niet meer toe te voegen. Je moet je  water dus echt wel bemonsteren. Optimale fertigatie betekent sturen op waterkwaliteit met toevoeging van de benodigde  meststoffen.”

Nieuw rekenprogramma
Om te weten wat je als teler werkelijk aan het doen bent en hoe je het doet, heeft Van Iperen speciaal voor de fruitteelt een meststoffenrekenprogramma ontwikkeld. Daarin worden alle  variabelen ingevuld, zoals de fruitsoort, het ras, de plantafstand, de minerale samenstelling van het water, de omvang van het perceel en de capaciteit van het druppelsysteem. Op basis daarvan berekent het programma de hoeveelheid meststoffen die toegevoegd moeten worden. De voeding die van nature al in het water zit wordt hierin verrekend. Martin: “Tussen de verschillende appel- en perenrassen hebben we te maken met een andere behoefte aan voeding. Sommige appelrassen nemen bijvoorbeeld heel gemakkelijk kalium op. Er kunnen problemen ontstaan wanneer hier onvoldoende rekening mee wordt gehouden. Met het rekenprogramma spelen we daar op in. Door de kennis van de teler, maar ook de resultaten van bodemmonsters, in hun berekeningen toe te voegen, kunnen onze adviseurs er heel eenvoudig maatwerk van maken. Zo kun je op perceelniveau en zelfs op rasniveau sturen.”

Groeistadia benutten
Belangrijk onderscheid ten opzichte van de huidige praktijk is ook dat er in het programma onderscheid wordt gemaakt in de verschillende groeistadia. Daarvoor zijn aangepaste schema’s ontwikkeld. Frank: “We hebben in het groeiseizoen te maken met
twee periodes. In de eerste vindt de celdeling plaats, in de tweede de celstrekking. In die eerste periode van celdeling gebeurt er heel veel. In dat stadium wordt de basis gelegd voor de kwaliteit van de vruchten. Ook wordt in deze periode bepaald hoeveel vruchten er
uiteindelijk aan de boom blijven. De cellen die in deze periode ontwikkeld worden, moeten dus van goede kwaliteit zijn. In
de tweede periode komen er geen nieuwe cellen meer bij, maar moeten de inmiddels ontwikkelde cellen groeien.”

Alleen klasse 1 telt
Martin: “Het is natuurlijk niet verwonderlijk dat een boom in die eerste periode andere behoeften heeft dan in de tweede. De opname van calcium bijvoorbeeld speelt in de celdeling een grote rol, terwijl kalium belangrijk is tijdens de celstrekking. Met het meststoffenrekenprogramma maken we dat onderscheid, met een betere (bewaar)kwaliteit als resultaat.” Frank: “Je kunt het je in Nederland niet meer veroorloven om een mindere kwaliteit te telen. Alleen klasse 1 telt mee. Met de resultaten van het rekenprogramma heb je als fruitteler nu een cijfermatige onderbouwing van wat er werkelijk nodig is en wanneer. Daarmee zijn resultaten ook veel meer voorspelbaar en kun je rekenen op een flinke kwaliteitsverbetering van je fruit. De bewaarkwaliteit en het uitstalleven moeten gewoon goed zijn. Dat is bepalend voor jouw
rendement!” Gaandeweg het seizoen kan het advies zo nodig aangepast worden. Dat gebeurt dan op basis van plantsapmonsters.
“Met dit programma hoef je je achteraf ook nooit af te vragen wat je precies hebt gedaan. Dat kun je altijd terugvinden.”

Meteen aan de slag
De fruitteler hoeft niet zelf met het programma te stoeien. Dat werk gebeurt door de adviseurs van Van Iperen. De teler kan meteen met het advies aan de slag. Frank: “Voor een bemestingsplan voor de fertigatie moet je gewoon bij Van Iperen zijn. Daarvoor maken wij ook gebruik van de uitgebreide kennis die er al is in de tuinbouw en de akkerbouw. Daar zijn wij als bedrijf uniek in. Met dit meststoffenrekenprogramma maakt de fruitteler daar optimaal gebruik van.”