Het gaat niet alleen om de torenhoge prijzen, maar ook om de vraag of er voldoende kunstmest beschikbaar blijft,” vertelt Peter Kalkman, commercieel directeur bij Van Iperen. “De situatie die we nu zien op de meststoffenmarkt, heb ik in mijn hele loopbaan nog niet meegemaakt. Tot nu toe waren we gewend dat alles altijd en overal beschikbaar was. Die tijd is voorbij. We moeten nu in versneld tempo op zoek naar alternatieven en bereid zijn om te schakelen tussen verschillende producten.”
Uit de sector hoort Kalkman dat veel telers zich zorgen maken over de vraag of Van Iperen zal blijven leveren en of de fabriek voor vloeibare meststoffen wel openblijft. “Dat is beslist het geval. Ook al zijn er de laatste weken geruchten over kunstmestfabrieken die als gevolg van de hoge energieprijzen de productie willen stilleggen. Het is onze verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat er voldoende product is en blijft. Wij hebben de opslag en de vergunningen. Wij stellen dan ook alles in het werk om kwekers een productportfolio te blijven bieden waarmee zij in staat zijn om te telen.”
Volgens Kalkman wordt de huidige situatie vooral bepaald door geopolitieke factoren. De oorlog in Oekraïne en de toenemende voedselbehoefte in China zorgen ervoor dat grondstoffen steeds minder beschikbaar zijn. China is steeds minder bereid om aan het buitenland te leveren, omdat grondstoffen nodig zijn voor de eigen markt. “Met Covid hebben wij als bedrijf veel geleerd. Doordat de transportkosten vanuit Azië explodeerden, zijn we veel meer dichtbij gaan kopen. Meer spreiding in ons aankoopbeleid zorgt ervoor dat we aan de vraag kunnen blijven voldoen. Daarnaast hebben we in versneld tempo meer capaciteit voor opslag ingehuurd.”
Kalkman geeft aan dat er aan de hoge prijzen voorlopig weinig zal veranderen. Alles is duur en dat zal voorlopig ook wel zo blijven. “Beschikbaarheid is dus lastig, maar ik verwacht dat alles wel leverbaar blijft. Maar dat zijn dan vaak wel andersoortige producten met meestal ook een langere levertijd. Daar zullen kwekers dus veel meer rekening mee moeten houden. Andere producten vragen om een ander gebruik. Daar zullen we onze klanten ook in adviseren. Dat is de kracht van ons bedrijf.” Als voorbeeld noemt Kalkman het gebruik van ureum als alternatieve stikstofmeststof in de akkerbouw en de melkveehouderij. “KAS wordt nagenoeg uitsluitend in Europa geproduceerd. Fabrieken leggen echter de productie stil vanwege de hoge energiekosten. Ureum daarentegen is overal ter wereld te koop. Van onbehandelde Ureum is echter bekend dat een deel van de stikstof vervluchtigt, vandaar dat Ureum veelal behandeld wordt met een Urease-remmer waardoor de vervluchtiging sterk gereduceerd wordt. Zetten we het in vloeibare vorm in, dan wordt het snel door het gewas of in de bodem opgenomen, waardoor het geen kans krijgt om te vervluchtigen. En dan is het een uitstekend alternatief.”
Daarnaast adviseert Kalkman telers eerder een basisvoorraad meststoffen aan te leggen. “Van Iperen is bereid om ver van tevoren stevig te investeren om zoveel mogelijk op voorraad te hebben. Fabrieken zullen een continue afzet nodig hebben om te blijven produceren. Als er geen afzet is, dan zal men overwegen de productie stil te leggen. En dat wil niemand. Het is dus belangrijk dat er voldoende doorstroom blijft en dat akkerbouwers en veehouders al in het najaar een basisvoorraad van hun benodigde meststoffen voor het komende seizoen in huis halen. Dat zorgt voor meer zekerheid en doorstroom van het product in de keten en het voorkomt dat de aanvoer noodgedwongen stopt doordat de loodsen bij de distributeurs vol zijn of dat de beschikbare liquiditeit een beperkende factor wordt.” Dat geldt volgens Kalkman niet voor de vaste en vloeibare meststoffen voor de tuinbouw. “We verwachten dat er de komende maanden minder wordt afgenomen. En onze voorraden zijn op orde. Dus extra voorraad aanleggen om tekorten te voorkomen, is voor de tuinbouw niet nodig. Wel is het nuttig om actie te ondernemen in geval van productspecifieke prijsontwikkelingen.”
Kalkman benadrukt dat verandering binnen de sector noodzakelijk is. Er zal veel meer ondernemerschap gevraagd worden. Ook moet er geïnvesteerd worden in andere manieren van telen. “Naast de schaarste in kunstmest, hebben we ook nog eens te maken met verandering in het klimaat. Ook dit jaar hebben we weer met een extreem droge zomer te maken. Precisieteelt, fertigatie en bladbemesting zijn technieken die ervoor zorgen dat we optimaal gebruikmaken van de potentie van onze bodem. En dat water en meststoffen zuinig en veel efficiënter worden ingezet. Met de huidige techniek kun je tot op de vierkante meter exact doseren. Dat vraagt wel om investeringen, ook als het gaat om de mechanisatie. Dergelijke vernieuwingen kunnen veel telers niet alleen doorvoeren, daar zijn de kosten te hoog voor. Samenwerking en schaalvergroting liggen daarom voor de hand.” “Op dit moment zien we nog veel akkerbouwers beregenen. Denk je even in wat het met de huidige dieselprijzen kost om dat dag in dag uit te doen. Dat is bijna niet meer op te brengen. Fertigatie wordt steeds interessanter. Je kunt dan breder kijken dan alleen naar pootaardappelen en uien.”
“We zullen echt andere wegen met elkaar in moeten slaan. Het voordeel van deze crisis is dat we nu voor het blok worden gezet en heel snel moeten acteren. De agrarische sector is een uitermate innovatieve sector, die tot nu toe elke crisis heeft weten te overleven en er veelal sterker is uitgekomen. Daar vertrouwen we ook nu op.”
Kennis & Nieuws