Optimale stikstofbemesting voor pootaardappelen
Welke stikstofstrategie past het beste bij uw pootgoedteelt? In één van onze proeven onderzochten we hoe twee rassen, Lady Amarilla en Innovator reageren op verschillende bemestingsstrategieën. Twee strategieën met fertigatie en één zonder fertigatie. Innovator representeerde in deze proef de categorie aardappelrassen die moeilijk knolzetten en Lady Amarilla de rassen die makkelijker zetten. De resultaten laten voor beide rassen duidelijke verschillen in opname en opbrengst zien. Hierdoor kunnen we in de praktijk aan de slag met het kiezen van de juiste stikstofstrategie voor verschillende rassen pootaardappelen.
In deze proef werden twee verschillende stikstofstrategieën in combinatie met fertigatie vergeleken met een droog geteeld referentieobject. Bij de eerste strategie werd voor de knolzetting 70 procent van de totale hoeveelheid stikstof gegeven en 30 procent na de knolzetting. Bij de tweede strategie werd dit gelijkmatig verdeeld door 50 procent stikstof te geven voor de knolzetting en 50 procent na de knolzetting. Al deze bemesting werd gegeven via de fertigatieslangen. Op het droge object werd korrelmeststof toegepast. De theorie was dat de 70/30-strategie beter zou passen bij de Innovator en de 50/50-strategie bij de Lady Amarilla.
In de praktijk bleek dit ook zo te zijn. Voor de Innovator bleek een 70/30-verdeling ideaal en de Lady Amarilla presteerde juist het best met een 50/50-verdeling. Door deze aanpak groeiden de planten gelijkmatig en namen ze optimaal stikstof, maar ook andere elementen zoals magnesium en calcium op, zo bleek uit tweewekelijkse inhoudsanalyses.
Niet alleen uit de opname van voedingsstoffen blijkt een verschil in optimale strategie, ook in opbrengst was dit verschil terug te zien. Bij Lady Amarilla levert de 50/50-verdeling de hoogste opbrengst in tonnen in de juiste maat. Bij Innovator zien we juist dat de 70/30-strategie het beste presteert.
Kortom, fertigeren geeft constante groei, meer knollen en daarmee meer tonnen aardappelen in de gewenste maatsortering. Dit resulteert in een hoger saldo per hectare.
Bij pootgoed mag er geen oppervlaktewater worden gebruikt om te irrigeren, daarom dienen telers water te gebruiken uit zoetwaterbronnen. Het is belangrijk dit beschikbare water zo efficiënt mogelijk in te zetten. Bij bronnen met een beperkte capaciteit kan ook druppelirrigatie ingezet worden dankzij de lagere afgifte van het systeem per uur. Daarbij wordt door de langzame onttrekking het risico op verzilting van de bronnen verkleind.
Benieuwd naar de details, een financiële doorrekening en praktische adviezen? Tijdens de Fertigatiebeurs op 2 december in Biddinghuizen delen we meer cijfers en inzichten over deze proef.
Welkom op de Fertigatiebeurs – 2 december in Biddinghuizen. Ontdek de nieuwste technologieën en producten op het gebied van fertigatie, zoals druppelslangen, fertigatiecomputers en andere innovaties. Daarnaast biedt het programma inspirerende presentaties, o.a. over fertigatie in pootgoed. Een ideale dag om kennis en inspiratie op te doen!