100% groen telen vraagt om een nieuwe manier van telen met minder chemie en meer biologie en groene gewasbeschermingsmiddelen. Deze ambitie brengt in de praktijk de nodige uitdagingen met zich mee. Sommige knelpunten vragen om nieuwe inzichten: hoe beïnvloeden gewasbeschermingsmiddelen de biologische bestrijders? Welke groene middelen zijn effectief tegen de belangrijkste plagen? En hoe gaan we om met de opkomst van exotische plaaginsecten die steeds vaker in kassen voorkomen?
onderzoek naar de impact van gewasbescherming op biologische bestrijders
We onderzoeken in onze onderzoeksruimte wat het effect is van verschillende gewasbeschermingsmiddelen op biologische bestrijders zoals Orius, Dicyphus, Propylea en Adalia. Dit zijn middelen die in de praktijk veel worden gebruikt. De biologische bestrijders worden blootgesteld aan 100% bedekking met deze middelen. Op die manier zien we wat het directe effect is bij maximale blootstelling. Deze aanpak biedt snel inzicht in de mogelijke risico’s om een middel in te zetten tegelijk met de roofinsecten. In de praktijk kunnen middelen een milder effect hebben doordat de insecten zich bijvoorbeeld onder het blad verschuilen, een nevenproef als deze geeft een waardevolle eerste indicatie. Met deze kennis kunnen onze technisch specialisten gerichter, betrouwbaarder en completer advies geven. Ook vormt het een basis voor systeemproeven die verder worden uitgevoerd. In systeemproeven testen we de effectiviteit van een geïntegreerde aanpak, gebaseerd op de opgedane kennis vanuit onder andere de eerdere neveneffecten proeven.
inzicht in de werking van groene middelen
Ook voeren we effectiviteitsproeven uit op plagen zoals spint, trips en luis. Daarbij worden groene middelen vergeleken met de gangbare middelen die worden gebruikt. Door deze middelen op kleine schaal en onder gelijke omstandigheden te vergelijken kan er een eerste screening worden gemaakt over de werking bij het 100% raken van de plaag. De resultaten geven waardevolle inzichten in welk middel het best past bij een bepaalde situatie. Technisch specialisten gebruiken deze informatie bij het maken van doordachte en etiketconforme keuzes binnen de gewasbeschermingsstrategie.
Uit een recente proef bleek onder meer dat entomopathogene schimmels onder optimale omstandigheden een duidelijk effect hebben op trips. Entomopathogene middelen werken op verschillende manieren. De mildere middelen kunnen worden ingezet op laagrisicomomenten en de krachtigere middelen kunnen worden ingezet als rem. Deze uitkomsten vormen de basis voor verdere praktijktoepassing en vervolgstappen binnen systeemproeven.
Door klimaatverandering en via het plantmateriaal duiken steeds vaker exotische plaaginsecten op in de Nederlandse glastuinbouw. Voorbeelden hiervan zijn pepertrips (Thrips parvispinus) en Trips setosus (Japanse bloementrips). Deze plagen vestigen zich in de kas omdat daar de omstandigheden gunstig zijn, ondanks dat het buitenklimaat dat niet is. Bestaande bestrijdingsstrategieën werken vaak onvoldoende tegen deze soorten, omdat ze ander gedrag vertonen dan de californische trips en het daarom moeilijker is om deze plaag te raken.
Binnen ons onderzoek wordt gekeken welke biologische bestrijders wel kunnen worden ingezet. Binnenkort wordt er een proef opgestart in paprika’s waar de inzet van rooftrips tegen pepertrips onderzocht. Daarnaast wordt bij Trips setosus geëxperimenteerd met larven van Chrysoperla carnea in de teelt van hortensia. Deze strategie blijkt in deze praktijkproef net zo effectief bij een tijdige inzet als een reguliere aanpak met chemie.
Met praktijkproeven op grotere schaal in een kas wordt gekeken naar verschillende toepassingsmethoden, zoals het gericht uitzetten van roofinsecten in haarden of het toepassen over grotere schaal in de kas. Hierbij draait het niet alleen om plaagonderdrukking, maar om het in balans houden van het hele teeltsysteem.
Met praktijkgericht onderzoek leggen we een stevige basis voor een toekomstbestendige, groene teelt. Om de beste kansen voor het vergroenen te vinden, kijken we naar de mogelijkheden van nu, en de kansen om deze te verbeteren. Door effectief in te spelen op actuele knelpunten zoals exotische trips en het slim combineren van middelen en natuurlijke vijanden, maken we duurzame strategieën haalbaar.
Kennis & Nieuws
Samenvattend krijgen aardbeien telers dus flink wat uitdagingen voor hun kiezen, vooral op het gebied van gewasbescherming. Jeurninck en Oomen geven aan dat AgroBuren en Van Iperen - door het bundelen van hun krachten - ondernemers kunnen helpen om deze beter het hoofd te bieden. “Zo zetten we samen de schouders onder een toekomstbestendige aardbeienteelt.”
Deze video vertelt ons verhaal van samenwerking, onderzoek en vooruitgang met insectengaas. Een stap richting een toekomstbestendige teelt en een ontwikkeling waar wij als groeispecialist graag aan hebben bijgedragen.
