Het einde van het seizoen heeft een grote invloed op het begin van het nieuwe seizoen. Het is ook nu belangrijk om goed te anticiperen op de weersomstandigheden. Het is bijvoorbeeld nooit verstandig om onder natte omstandigheden het land te bewerken; structuurschade die hierbij kan ontstaan, wordt niet snel of gemakkelijk opgelost. De staat van gras als de winter in gaat, is van invloed op het winterklaar maken van het perceel.
Als een grasmat kort de winter ingaat (<2000 kg ds/ha), dan is de mat kwetsbaar en gevoelig voor winterschade omdat wortels dan makkelijk vrijkomen uit de bodem en kunnen bevriezen. Dit leidt tot uitdroging van het wortelgestel, waardoor de planten dood gaan. Als het in het najaar te nat is, waardoor er niet gemaaid kan worden gaat het gras lang (>3000 kg ds/ha) de winter in. Dan kan het gras bevriezen en tegen de grond slaan, waarbij er geen ventilatie is. Dit vergroot de kans op sneeuwschimmel. De grasplant gaat niet dood door de schimmel, wel is het noodzakelijk om de schimmelplaat kapot te maken voor goede ventilatie. Met ongeveer 2500 kg ds/ha is de mat het meest weerbaar tegen winterse omstandigheden.
Als het nog mogelijk is om te maaien, is het belangrijk het gras niet te schudden maar direct te wiersen en melkzuurbacteriën toe te voegen. Iedere bewerking geeft veel vervuiling in het gewas, wat voor een slecht klimaat in de kuil zorgt.
Schapen weiden, is een effectieve manier om de mat te onderhouden. Het is hierbij belangrijk dat de schapen rond de jaarwisseling het perceel uitgaan. Als dit later is, gaat het ten koste van de kwaliteit en opbrengst van de eerste snede. Ook de afwatering dient op orde te zijn.