Het voorjaar staat (bijna) voor de deur en het gras gaat straks weer groeien. De perfecte tijd om je te buigen over de vraag hoe je het ruwvoer dit jaar gaat verbeteren. Dat is voor ieder melkveebedrijf weer anders, afhankelijk van de wensen en mogelijkheden van de veehouder. In een ieder ruwvoerplan, dat is gemaakt op basis van een recente ruwvoeranalyse, prijkt het eigen, goede voornemen van dit jaar. Is het een verbetering van de eiwitkwaliteit, wordt het maaimoment aangepakt of misschien wel iets anders?
Zijn er verbeteringen die jij wilt maken? Wij helpen je een concreet ruwvoerplan op te stellen. Neem gerust contact op met onze ruwvoerspecialisten.
Met de verscherping van de wet- en regelgeving is kwaliteit van ruwvoer nog belangrijker en de verwachting is dat dit niet minder zal worden. In deze situatie speelt eiwitbenutting een belangrijke rol, en daarvoor moet het ruwvoerproces piekfijn op orde zijn. Een gepersonaliseerd ruwvoerplan, dat hand in hand gaat met een bemestingsplan, kan daarbij helpen.
Hoofdrolspelers in het ruwvoerplan
Afhankelijk van bedrijfsspecifieke wensen en de hoeveelheid eiwit die nodig is in het rantsoen, spelen onderwerpen als bodem, bemesting, het maaimoment, maar ook gewas en in- en uitkuilmanagement allemaal een belangrijke rol in een succesvol ruwvoerplan. Dat lijkt misschien een ingewikkelde puzzel, maar een goed uitgedacht plan helpt om meer inzicht te krijgen en verbeteringen te maken op al deze onderdelen. De genoemde schakels hebben allemaal invloed op elkaar en worden dus ook stuk voor stuk in het plan opgenomen om tot een goede kuil en daarmee kwalitatief goed ruwvoer te komen. Die kwaliteit is uiteindelijk terug te zien in onder meer melkproductie, diergezondheid en melkureum, maar – als we door de ogen van de koe kijken – zeker ook in smaak.
Bemestingsplan afgestemd op het rantsoen met Powerbasic Bravo
De ruwvoeranalyse geeft informatie over het drogestofgehalte, de DVE/OEB-verhouding en de hoeveelheid ruw eiwit in de kuil. Daaraan is te zien of het maaimoment goed is geweest en of er een goede conservering heeft plaatsgevonden. Maar ook de soort kunstmest die gebruikt is, speelt een grote rol hierin. Als we kijken naar het doel van grasteelt, dan weten we, dat is eiwit. Eiwit in het gras is afhankelijk van het maaimoment, maar ook van de bemesting. Het is belangrijk om het maaimoment en de bemesting op elkaar af te stemmen, dan wordt de stikstof optimaal benut. Bij bemesting is het van belang dat de juiste stikstofvormen- en hoeveelheden worden gebruikt.
Als het gaat om efficiëntie, is Powerbasic Bravo, een vloeibare, aangezuurde ureummeststof een goede keuze. Het kan op een precieze manier met de veldspuit toegepast worden. Ook is de stikstofvorm ureum efficiënt omdat het op verschillende manieren opgenomen kan worden door de plant afhankelijk van de omstandigheden: als nitraat, ammonium of als ureum. Ammonium wordt gebonden aan het kleihumuscomplex, nitraat wordt opgelost in het bodemvocht. Dankzij het zelfregulerende vermogen van Powerbasic Bravo spoelt de meststof vrijwel niet uit en wordt de stikstof maximaal benut. Een laatste voordeel is dat de meststof niet vervluchtigt, omdat Powerbasic Bravo is aangezuurd. Hierdoor worden meststoffen goed opgenomen tijdens de groei van de plant.
Waar te beginnen?
Met de punt achter de laatste zin van het ruwvoerplan, kan het worden uitgevoerd. De verbeterpunten zijn duidelijk en waar mogelijk zijn de keuzes om deze door te voeren gemaakt. De winst is richting het einde van dit jaar al duidelijk te zien. Bijvoorbeeld in meer melk uit ruwvoer, lagere melkureum en daarmee minder mestafzet, hogere eiwitbenutting uit ruwvoer en een verbeterde melkproductie. En dat ondanks alle belemmeringen uit wet- en regelgeving. Een mooi moment om samen met de adviseur te evalueren of er verdere verbeteringen, nieuwe wensen of aanpassingen zijn om op in te spelen.
Zijn er verbeteringen die jij in het ruwvoerproces wilt maken? Wil je meer melk uit ruwvoer halen? Wij helpen je een concreet ruwvoerplan op te stellen. Neem gerust contact op met onze ruwvoerspecialisten.